In voorjaar 2006 heb ik het Pieterpad gelopen, het langste wandelpad van Nederland, zo'n 500 kilometer van Pieterburen aan de Waddenzee naar de Sint-Pietersberg bij Maastricht. Zo ontdekte ik dat wandelen de beste manier is om de kleinschalige schoonheid van ons land te ondergaan. Niet iedere kilometer was even interessant, maar ik stuitte op verrassend mooie stukken en vond Overijssel met zijn 'bergen' (Archemerberg, Lemelerberg en Holtenerberg) de mooiste provincie, tot m'n eigen verbazing. Ik startte alleen. Gaandeweg kreeg ik echter steeds vaker gezelschap, de zogeheten 'meelopers' uit familie- en vriendenkring. Zoals ik ook steeds meer volgers kreeg op m'n weblog, die ik toen ben begonnen, in 2006, onder de oorspronkelijke titel Alle wegen leiden naar.... Uiteindelijk heb ik de hele route afgelegd in 25 etappe's verdeeld over 10 weken.
Naar Groningen
Maandag 24 april 2006
Het is zover: de start van mijn Pieterpad. Maar de eerste uitdaging is om
uberhaupt in Pieterburen te komen zonder auto. Eerst met de trein naar
Groningen, vandaar een boemeltje naar Baflo en dan bus 68 naar Pieterburen. Op
papier, althans.
Helaas mis ik het boemeltje en moet een uur wachten op het volgende, en als ik tenslotte in Baflo uitstap blijkt de eerstvolgende bus pas drie uur later te gaan. Wat nu? Het is nog zo'n 7 kilometer. Lopen is geen optie natuurlijk. Dan maar liften. Vroeger, in m'n studententijd, liftte ik door heel Europa, maar dat is jaren geleden en de jeugdige charme waarmee ik toen de automobilisten verleidde (dat maakte ik mijzelf tenminste wijs) is enigszins aan sleet onderhevig. Maar misschien valt het niet op, als je komt aanrijden met een vaartje van twintig, dertig kilometer per uur. Het moet maar. Daar gaat m'n duim omhoog. En verrek, de eerste auto stopt. Een oudere vrouw is bereid me wel even te brengen. Ach, dat is waar ook, dat was ik na al die tijd vergeten: op het platteland is liften nooit een probleem, mensen staan daar nog klaar voor elkaar.
Helaas mis ik het boemeltje en moet een uur wachten op het volgende, en als ik tenslotte in Baflo uitstap blijkt de eerstvolgende bus pas drie uur later te gaan. Wat nu? Het is nog zo'n 7 kilometer. Lopen is geen optie natuurlijk. Dan maar liften. Vroeger, in m'n studententijd, liftte ik door heel Europa, maar dat is jaren geleden en de jeugdige charme waarmee ik toen de automobilisten verleidde (dat maakte ik mijzelf tenminste wijs) is enigszins aan sleet onderhevig. Maar misschien valt het niet op, als je komt aanrijden met een vaartje van twintig, dertig kilometer per uur. Het moet maar. Daar gaat m'n duim omhoog. En verrek, de eerste auto stopt. Een oudere vrouw is bereid me wel even te brengen. Ach, dat is waar ook, dat was ik na al die tijd vergeten: op het platteland is liften nooit een probleem, mensen staan daar nog klaar voor elkaar.
Naar Rolde
Dinsdag
2 mei 2006
Vandaag begin ik aan m’n tweede etappe. Voeten een beetje bijgekomen, rugzak flink afgevallen: drie kilo, om precies te zijn. De afgelopen dagen heb ik –met de keukenweegschaal erbij- m’n uitrusting nog eens kritisch bekeken.
Moet dit écht mee? Kan dat niet lichter? Waarom 14 haringen als de tent maar 6 nodig heeft? Waarom een aansteker als lucifers minder wegen? Verder sneuvelden een trui (500 gram), m’n dagboek (350 gram) en –helaas- de ANWB-natuurgids (650 gram). Daar gaat m’n goede voornemen om eindelijk eens iets over de natuur te leren en bij de volgende Grote Frieswijk Familie Quiz (één keer in de paar jaar) spectaculair te scoren bij de bloemen- en bomenvragen. Toen ik op het punt stond de steel van m’n tandenborstel af te zagen, greep Christel in. STOP, riep ze. Je hebt gelijk, zei ik, het wordt echt te gek. Maar nee, ze renden naar boven en kam terug met een minuscuul borsteltje plus tandpasta, ooit gekregen toen ze een keer eersteklas vloog. Van zo’n vriendin moet je het hebben.
Naar Coevorden
Woensdag 10 mei 2006
De derde etappe. Voor de laatste keer begeef ik me
naar het noorden, naar Assen, waar ik de bus naar Rolde neem en de hunebedden
weer opzoek, het eindpunt van m’n vorige etappe. M’n troef deze keer is een
nieuwe slaapzak, ultralicht en ultraklein, die ik ’s ochtends vroeg nog gauw
even aanschaf.
Hij zal wel niet zo comfortabel zijn als m’n vertrouwde mummyslaapzak van weetikhoeveelkilo, maar er is schitterend weer voorspeld voor de komende dagen én nachten, dus koukleum of niet, ik waag het erop. Ook m’n jas (0,8 kilo) laat ik dit keer thuis. M’n rugzak weegt aldus minder dan ooit, en even ben ik in de verleiding om toch maar weer de ANWB-natuurgids mee te nemen, maar nee nee nee, niet doen, niet overmoedig worden zeg ik tegen mezelf.
Hij zal wel niet zo comfortabel zijn als m’n vertrouwde mummyslaapzak van weetikhoeveelkilo, maar er is schitterend weer voorspeld voor de komende dagen én nachten, dus koukleum of niet, ik waag het erop. Ook m’n jas (0,8 kilo) laat ik dit keer thuis. M’n rugzak weegt aldus minder dan ooit, en even ben ik in de verleiding om toch maar weer de ANWB-natuurgids mee te nemen, maar nee nee nee, niet doen, niet overmoedig worden zeg ik tegen mezelf.
Naar Hellendoorn
Woensdag
17 mei 2006
De volgende etappe alweer. Helaas heeft de meeloper van deze wek afgezegd, dus moet ik het alleen doen. Vanuit Coevorden passeer ik al spoedig de provinciegrens en loop Overijssel binnen, de derde provincie van deze tocht.
De volgende etappe alweer. Helaas heeft de meeloper van deze wek afgezegd, dus moet ik het alleen doen. Vanuit Coevorden passeer ik al spoedig de provinciegrens en loop Overijssel binnen, de derde provincie van deze tocht.
Naar Holten
Woensdag 14 mei
Wegens allerlei
familieverplichtingen weinig tijd deze week. Je baan kun je opzeggen, maar je
familie, tja… Nog net gelegenheid voor één dagetappe, op woensdag, de dag dat
het aller slechtste weer van de hele week wordt voorspeld, regen en onweer en
een harde zuidwestenwind.
De enige reden dat ik niet afzeg is om de schijn van mooiweerloper te vermijden. En de andere enige reden is dat meeloper Marcel alléén vandaag kan, en anders pas medio 2008 weer een gaatje in z’n agenda heeft. Dinsdagavond zitten we allebei bij de telefoon te wachten tot de ander goddank afbelt. Maar het blijft hardnekkig stil. Dus stappen we woensdagochtend met z’n tweetjes gezellig in de trein naar het oosten.
De enige reden dat ik niet afzeg is om de schijn van mooiweerloper te vermijden. En de andere enige reden is dat meeloper Marcel alléén vandaag kan, en anders pas medio 2008 weer een gaatje in z’n agenda heeft. Dinsdagavond zitten we allebei bij de telefoon te wachten tot de ander goddank afbelt. Maar het blijft hardnekkig stil. Dus stappen we woensdagochtend met z’n tweetjes gezellig in de trein naar het oosten.
Een conducteur verzekert ons dat
de route vandaag een prachtige tocht is. Hetzelfde horen we van de uitbater van
de ‘stationsrestauratie’ in Nijverdal, die even bij ons komt zitten in de
koffiehoek die hij met vier stoelen en een tafel bij elkaar geïmproviseerd
heeft. De bus zet ons af bij Avonturenpark Hellendoorn. Met een paar passen
zijn we in het bos van de Sallandse Heuvelrug en dat verlaten we pas 15
kilometer verderop, in Holten, het eindpunt van de etappe. In het bos gaan de
jassen open. Geen last van wind of regen, het is lekker weer. Marcel
concentreert zich op de route, zodat hij een beetje kan trainen voor z’n eigen Pieterpad
binnenkort. Ik loop er –zonder zware rugzak ditmaal- relaxed achteraan.
Naar Vorden
Dinsdag 30
mei
Na
al het gefeest van vorige week gaan we er weer tegenaan vandaag. 'We', dat zijn
m'n nichtje Melanie en ondergetekende.
Melanie volgt een toeristische opleiding en moest vrij vragen van school. Toen ze zei dat ze met haar neef wilde meelopen was het antwoord 'nee'; toen ze uitlegde dat het een boeiend stagetraject betrof als onderdeel van een uniek toeristisch wandelproject dat haar kennis van het Geldersch landschap enorm zou verdiepen, in het bijzonder de historie van laat 18-eeuwse buitenhuizen, nou vooruit, toen mocht ze een dagje weg. Op haar gymschoenen staat ze te wachten bij het stationnetje van Holten. Ik drink mezelf moed in met een kop koffie en daar gaan we. Door het boerenland zakken we af naar het zuiden. Na een uurtje komen we bij de Schipbeek, een kanaal tussen twee schitterende beukenlanen in. We steken over; aan de overkant steken we meteen weer over, want we hadden op dezelfde oever moeten blijven; twintig minuten later steken we nog een keer over, nu wel goed.
Melanie volgt een toeristische opleiding en moest vrij vragen van school. Toen ze zei dat ze met haar neef wilde meelopen was het antwoord 'nee'; toen ze uitlegde dat het een boeiend stagetraject betrof als onderdeel van een uniek toeristisch wandelproject dat haar kennis van het Geldersch landschap enorm zou verdiepen, in het bijzonder de historie van laat 18-eeuwse buitenhuizen, nou vooruit, toen mocht ze een dagje weg. Op haar gymschoenen staat ze te wachten bij het stationnetje van Holten. Ik drink mezelf moed in met een kop koffie en daar gaan we. Door het boerenland zakken we af naar het zuiden. Na een uurtje komen we bij de Schipbeek, een kanaal tussen twee schitterende beukenlanen in. We steken over; aan de overkant steken we meteen weer over, want we hadden op dezelfde oever moeten blijven; twintig minuten later steken we nog een keer over, nu wel goed.
Naar Doetinchem
Vrijdag 2 juni
Nog een extra dagetappe deze
week, om meters te maken. Van Vorden naar Doetinchem, 26 kilometer. Hatsiekadee!
Alsof het niks is.
Eerst even een kijkje nemen bij kasteel Vorden. Hier werd in 1983 het Pieterpad officieel 'geopend'. Er werd een lintje doorgeknipt, hierbij open ik...champagnekurken knalden, de glazen gingen rond, iemand gooide een fles uit het raam, de burgemeester van Vorden knoopte het lintje in z'n haar, hopsasa hopsasa, nog een fles uit het raam, jongens wie het verst kan! Toos en Bertje werden gejonast, Pieterpad Pieterpad Peterpa-had!!! Toos ging uit het raam, enfin. Het werd een gezellige boel die avond.
Eerst even een kijkje nemen bij kasteel Vorden. Hier werd in 1983 het Pieterpad officieel 'geopend'. Er werd een lintje doorgeknipt, hierbij open ik...champagnekurken knalden, de glazen gingen rond, iemand gooide een fles uit het raam, de burgemeester van Vorden knoopte het lintje in z'n haar, hopsasa hopsasa, nog een fles uit het raam, jongens wie het verst kan! Toos en Bertje werden gejonast, Pieterpad Pieterpad Peterpa-had!!! Toos ging uit het raam, enfin. Het werd een gezellige boel die avond.
Kasteel Vorden. Pas op voor de hond... |
Naar Groesbeek
Woensdag 7 juni 2006
Vandaag is Jeroen de meeloper.
Jeroen had een sterke voorkeur voor de etappe van vandaag, Doetinchem - Hoog
Elten. Ik heb me daar een tijdje het hoofd over gebroken, maar tenslotte wist
ik het: Jeroen wilde graag weer eens een keertje naar het buitenland. En
vandaag lopen we deels door Duitsland.
Ach so. Hij verried zichzelf toen bleek dat hij z'n paspoort bij zich had. Aha, dus hij wist donders goed waar we heen gingen!
Ach so. Hij verried zichzelf toen bleek dat hij z'n paspoort bij zich had. Aha, dus hij wist donders goed waar we heen gingen!
We gaan met de auto van Jeroen,
dat is relaxed. Die zetten we neer bij het eindpunt en vandaar zullen we met
openbaar vervoer naar het startpunt gaan. Dat betekent dat ik m'n rugzak in
Jeroen's auto kan achterlaten. Dat is dubbel relaxed. Nu moeten we alleen nog
van eindpunt naar startpunt zien te komen en dat blijkt minder relaxed. Het cruciale
treintje van Emmerich naar Zevenaar is namelijk opgeheven. We hebben nu twee
bussen nodig, plus nog een taxibusje volgepakt met mopperende oudjes die klagen
over de telohrgang van het openbahr vervoer in de regio. Het is ook overal hetzelfde.
De oudjes, bedoel ik.
Om half een kunnen we eindelijk
op pad. Eerst volgt een rondje industrieterrein. ZE zullen wel de motor van ons
land zijn, al die regionale industrieterreinen, maar tjongejonge wat zijn ze
toch lelijk, met die voorspelbare straatnamen (Nijverheidsweg, Logistiekweg),
prefab gebouwen en groots klinkende, maar nietszeggende bedrijfsnamen.
Datacare. Intertransfer. Weet ù wat het is? (Maar ja, ooit was Microsoft ook
niet meer dan zo'n lullig kantoortje...) Gelukkig doemt het Bergherbos snel op.
Als een groene muur staat het aan de horizon.
Naar Oostrum
Woensdag 14 juni 2006
Daar gaan we dan weer, op weg
naar Limburg, lekker kuieren. Deze week is Wim de meeloper. Wim is de man van
de gadgets.
Op fietsvakanties heeft hij me wel eens verrast met noviteiten uit de outdoorindustrie die hun praktische waarde nog moesten bewijzen - en dat onderweg niet altìjd deden. Ditmaal heeft hij een rugzakje aangeschaft met een achterwandje van hi tech gaas dat moet voorkomen dat je een natte rug krijgt. Ik moet er een beetje om gniffelen, is hij er wéér imgetuind, maar dat ik iets te voorbarig ben zal verderop nog wel blijken.
Op fietsvakanties heeft hij me wel eens verrast met noviteiten uit de outdoorindustrie die hun praktische waarde nog moesten bewijzen - en dat onderweg niet altìjd deden. Ditmaal heeft hij een rugzakje aangeschaft met een achterwandje van hi tech gaas dat moet voorkomen dat je een natte rug krijgt. Ik moet er een beetje om gniffelen, is hij er wéér imgetuind, maar dat ik iets te voorbarig ben zal verderop nog wel blijken.
Vanuit Groesbeek stappen we het
bos in. Na een uurtje volgt een open stuk met de eerste aspergevelden,
toegedekt met plastik om de warmte vast te houden en de asperges sneller te
laten rijpen. Verderop gaan we weer het bos in. Het begint te regenen, de
poncho's gaan aan. We bevinden ons op de Sint Jansberg, zo'n 60 meter tot 80
meter hoog, en het pad hobbelt tussen de bomen door, langs een paar verstorven
vennetjes. Er schijnen hier veel dassen te leven. Vandaag zitten ze
waarschijnlijk allemaal te schuilen in hun burcht. Als we het bos verlaten, is
het droog en warm geworden. Bij eethuis De Diepen drinken we koffie en eten we
het pronkstuk van de vlaaiencollectie, de Christoffel. Sint Christoffel geldt
als de beschermheilige van wandelaars. Sint Pantoffel was logischer geweest.
Naar Venlo
Dinsdag 20 juni 2006
Weer een nieuwe wandelweek. Vandaag
alleen, morgen samen met een wegloper. Een wegloper is een meeloper die afzegt –
maar dat wist ik toen nog niet.
Vanuit Oostrum (Venray) moet ik een paar kilometer terug om weer op de route te komen, en vandaar voert het pad via de dorpen Wanssum en Meerlo naar Swolgen. Her en der hangen vlaggen uit met schooltassen eraan. Veel landwegen vandaag, een beetje bos, een stuk langs de bosrand. Weinig bijzonders. De beroemde heuvels van Limburg laten nog op zich wachten, het is hier behoorlijk plat zo langs de Maas. In feite volg je het oude stroomdal van die rivier.
Vanuit Oostrum (Venray) moet ik een paar kilometer terug om weer op de route te komen, en vandaar voert het pad via de dorpen Wanssum en Meerlo naar Swolgen. Her en der hangen vlaggen uit met schooltassen eraan. Veel landwegen vandaag, een beetje bos, een stuk langs de bosrand. Weinig bijzonders. De beroemde heuvels van Limburg laten nog op zich wachten, het is hier behoorlijk plat zo langs de Maas. In feite volg je het oude stroomdal van die rivier.
Poortgebouw in Meerlo |
Naar Roermond
Vrijdag 23 juni 2006
Een monsteretappe vandaag,
Venlo-Roermond, 31 kilometer, de langste etappe van het Pieterpad. Dat betekent
zo min mogelijk overtollige ballast mee – geen rugzak dus en geen meelopers.
Temeer omdat ik last heb van eh, je weet wel, teveel drank enzo. De afstand van het fietsenrek naar het station, toch zeker een paar honderd meter, kost enorme inspanning. Ik weet het niet vandaag. De dood of de asperges wordt het. Of zoiets.
Temeer omdat ik last heb van eh, je weet wel, teveel drank enzo. De afstand van het fietsenrek naar het station, toch zeker een paar honderd meter, kost enorme inspanning. Ik weet het niet vandaag. De dood of de asperges wordt het. Of zoiets.
Aspergeveld |
Naar Peij
Zondag 25 juni 2006
Er is slecht weer voorspeld in
het zuiden: onweer en regen, heel veel regen, zoveel regen zelfs dat er gewaarschuwd
wordt voor wateroverlast. In Utrecht schijnt echter de zon. Dus wagen Christel en ik het erop en rijden
naar Limburg, zonder de weglopers uit Lelystad die helaas hebben moeten
afzeggen.
Munsterkerk in Roermond |
Nederlander op top Pietersberg
--- Van onze correspondent---
Onze landgenoot A. F. heeft
de Sint Pietersberg beklommen. Op donderdag 29 juni om kwart voor één ’s
middags (plaatselijke tijd) bereikte hij de top, op 110 meter hoogte. Dat
blijkt uit een sms'je aan z’n vriendin.
Frieswijk, wiens expeditie wordt gesponsord door Compeed blarenpleisters, vertrok tien weken geleden uit het basiskamp in Pieterburen. Sindsdien legde hij ca. 500 kilometer af in 25 dagen. Meer nieuws in onze volgende bulletins.
Frieswijk, wiens expeditie wordt gesponsord door Compeed blarenpleisters, vertrok tien weken geleden uit het basiskamp in Pieterburen. Sindsdien legde hij ca. 500 kilometer af in 25 dagen. Meer nieuws in onze volgende bulletins.
Naar de Pietersberg
De laatste meters. Nog honderd… Nog vijftig…
Nog tien… De dichte begroeiing langs het grindpad wijkt ietsje uiteen en maakt
ruimte –bijna met tegenzin, lijkt het– voor een klein grasveldje waar een paar
rotsblokken en een sobere Pieterpad-gedenkzuil de top van de Sint Pietersberg
markeren.
Dit is het. Het einde van het Pieterpad. Klinkt er tromgeroffel? Applaus? Het zachte vleugelgeruis van engelen die toezien op deze bijzondere prestatie? Ach nee. Hijgend en zwetend kom ik boven en een beloning is er niet, geen nektar en ambrozijn, zelf geen koud colaatje bij een snacktent. Ik schop m’n schoenen uit en plof neer in het gras en terwijl ik mijmerend voor me uit staar, vraag ik mijzelf af wat ik nou eigenlijk voel. Het is gemengd. Enerzijds trots, blijdschap, ontspanning; anderzijds onwennigheid en al een begin van weemoed dat het voorbij is. Het is een bekende sensatie. Na de ervaring komt altijd de herinnering, maar daartussen is er even een vacuum, een leegte, wanneer de ervaring zich terugtrekt en de herinnering nog moet arriveren. In dit emotionele niemandsland blijf ik een uurtje zitten. Tenslotte trek ik m’n schoenen aan en loop de berg weer af, op weg naar mooie herinneringen.
Dit is het. Het einde van het Pieterpad. Klinkt er tromgeroffel? Applaus? Het zachte vleugelgeruis van engelen die toezien op deze bijzondere prestatie? Ach nee. Hijgend en zwetend kom ik boven en een beloning is er niet, geen nektar en ambrozijn, zelf geen koud colaatje bij een snacktent. Ik schop m’n schoenen uit en plof neer in het gras en terwijl ik mijmerend voor me uit staar, vraag ik mijzelf af wat ik nou eigenlijk voel. Het is gemengd. Enerzijds trots, blijdschap, ontspanning; anderzijds onwennigheid en al een begin van weemoed dat het voorbij is. Het is een bekende sensatie. Na de ervaring komt altijd de herinnering, maar daartussen is er even een vacuum, een leegte, wanneer de ervaring zich terugtrekt en de herinnering nog moet arriveren. In dit emotionele niemandsland blijf ik een uurtje zitten. Tenslotte trek ik m’n schoenen aan en loop de berg weer af, op weg naar mooie herinneringen.
-------------------------------------------------------------------
Dinsdag 27 juni 2006
M’n tiende wandelweek is
aangebroken, en m’n laatste – ik wil nu in één ruk doorlopen naar de
Pietersberg. Vandaag loopt Ive mee. Ive heeft er zin in: hij heeft zich –een
beetje tot z’n eigen verbazing– een
dagje kunnen losrukken van z’n eigen bedrijf en z’n personeel uitdrukkelijk
geïnstrueerd géén klanten door te verbinden. Desondanks zet hij z’n mobiel maar
uit. Z’n luisteren toch niet naar de baas.
Abonneren op:
Posts (Atom)