Maandagochtend. Het kost dik anderhalf uur om aangekleed en ingepakt weer beneden bij de receptie te staan. Twee rugzakken, rolkoffertje, rugzakje, luiertas, volgepakte rugdrager, buggy.
Plus nog een dreumes, niet te vergeten. En nog een spoor van Bambix Meergranen Pap dat keurig vanaf ons appartement via het liftje vier verdiepingen omlaag naar de receptie loopt. Zakje gescheurd.
Al die zooi –behalve
de pap– moet weer twee straten door naar de metro en vandaar terug naar het
vliegveld, want we kunnen onze huurauto op het vliegveld ophalen. Dat leek ons
handig, dan hoefden we niet meteen in het drukke Athene te rijden...niet
wetende dat we aan het eind van de middag, na een verkeerde afslag, alsnog in
Athene terecht zouden komen, in de avondspits nog wel. Vooraf hadden we enige
zorg of alle bagage wel in het huurautootje zou passen, maar we hebben geluk,
ons wordt een stevig formaat Chevrolet toegewezen, type Cruze, en we krijgen
alles moeiteloos in de achterbak. Het is twaalf uur geworden. Daar gaat-ie dan.
Ons richtpunt is
de tempel van Poseidon, op de zuidelijkste punt van Attica, het schiereiland
waar Athene op ligt. Vanaf de luchthaven zo’n 50 kilometer. We volgen een brede
tweebaansweg, de maximumsnelheid is beperkt (50 tot 80 per uur) en de Grieken houden
zich er keurig aan, waardoor het zeer ontspannen rijden is, echt een beetje
Cruzen. De zuidkust blijkt heuvelachtig te zijn, vol steile kliffen, en op een
daarvan, Kaap Sounio, staat de tempel van Poseidon. Gebouwd in de vijfde eeuw
voor Christus, in die gouden eeuw van Athene dus weer, ter ere van de god van
de zee. Inmiddels is het een ruïne. Een mooie ruïne, dat zeker, maar het is
vooral de bijzondere locatie daar op die rotspunt, hoog boven de Aegeïsche Zee,
die dit monument zo fotogeniek maakt.
Goed, vervolgens
was het dus de bedoeling dat we via de kustweg terug zouden rijden naar
Piraeus, de havenstad van Athene, en vandaar naar het klooster van Dafni zouden
gaan. Een goed doortimmerd plan dat tot Piraeus prima verliep. Maar daarna
namen we een afslag te vroeg en raakten midden in Athene verzeild, en toen we
daar na een uurtje geklooi eindelijk weer uit waren en de juiste snelweg hadden
gevonden passeerden we Dafni zonder een afslag Dafni tegen te komen, dus dat
bijzondere klooster ging niet door.
We besloten
daarom maar een hotel te zoeken en reden op goed geluk langs wat kustplaatsjes.
Je kon merken dat het zomerseizoen voorbij was, veel hotels en restaurants
waren gesloten, maar in het plaatsje Kineta vonden we tenslotte hotel
Bousoulas: kamer met uitzicht op zee, diner, ontbijt, alles nog voorradig. (Behalve
een kinderbedje...dat moesten we zelf fabriceren door een matras op de grond
met meubels in te bouwen...en met succes, Wende viel er slechts twee keer op de
grond ’s nachts.) Een groot familiehotel, beetje fin de siecle-achtige
uitstraling, waar we zo ongeveer de enige gasten waren. De kok trok in de
keuken allemaal laden met vis open om te laten zien welke keus we hadden.
Vervolgens ging alles in de frituur en smaakte identiek.
Dinsdag voor vertrek eerst een duik in zee genomen.Voor Wende de
eerste keer en ze vond het knap spannend. Daarna naar het Kanaal van Korintië
gereden. Dit is een kanaal van 6 kilometer lang dwars door de landengte van
Korintië waardoor schepen rechtstreeks door kunnen varen richting Adriatische
Zee en Italië, en niet meer helemaal om de Peloponnesos heen hoeven te varen.
Al in de Romeinse tijd van Griekenland (ja het is verwarrend, maar na de oude
Grieken kreeg je de oude Romeinen...ook in Griekenland) waren er plannen dat
kanaal te graven, maar uiteindelijk gebeurde het pas eind negentiende eeuw. Het
is een spectaculair gezicht om vanaf de brug te zien hoe steil en diep het
kanaal is.
Volgende
bestemming was de ruïne van het klassieke Korintië, alleen tja...het begon het
thema van deze reis te worden: bij het passeren van het klassieke Korintië geen
afslag van de snelweg, zodat we noodgedwongen ook deze bezienswaardigheid weer,
eh, moesten passeren, zoals ik al zei. Geen nood, een tiental kilometers
verderop wachtte alweer een nieuw hoogtepunt: Mycene. Gelukkig ligt dit aan een
secundaire weg, niet aan de snelweg, zodat we het ook daadwerkelijk konden
vinden. Mycene is de ruïne van een grote burcht uit de bronstijd...op een
bepaalde manier een hoop oude stenen op een heuvel, maar met een grandioos verhaal
(zie hieronder). Het enige dat echt nog overeind staat is de toegangspoort met
de afbeelding van twee leeuwen, toepasselijk ‘de leeuwenpoort’ genoemd.
Indrukwekkend zijn ook twee gigantische graven in de vorm van een bijenkorf, tholos geheten. Verder is het er
fikheet, loopt een Nederlandse schoolklas steeds hinderlijk voor de voeten en
vindt Wende de rugdrager maar weer zo-zo. Lastig hoor, cultuur.De Leeuwenpoort |
Tholos |
De Myceense cultuur stamt uit de 15e
tot de 12e eeuw voor Christus, dus nog zo’n 1000 jaar vóór wat wij
‘de Griekse oudheid’ noemen, de tijd van Plato en Socrates en de Olympische
Spelen en beelden van naakte mannen en zo. Tot de vorige eeuw was die hele
cultuur totaal onbekend. Iedereen kende de Griekse oudheid, maar de tijd
daarvoor was een zwart gat. Weliswaar beschreef Homerus in de ‘Ilias’ en de
‘Odyssee’ (stammend uit de 8e eeuw voor Christus) een grote oorlog
tussen Griekse koningen en Trojanen, maar men dacht dat dat fictie was,
mythologie.
Tot er een merkwaardig figuur de geschiedenisboekjes binnenwandelde: Heinrich Schliemann, een steenrijke zakenman uit Duitsland die na z’n 50 ste archeoloog werd en ervan overtuigd was dat de Trojaanse oorlog écht had plaatsgevonden. Op basis van aanwijzingen uit de ‘Ilias’ en de ‘Odyssee’ en lokale vertellingen ging hij eerst op zoek naar Troje – en vond dat inderdaad, niet ver van Istanbul vandaan. En vervolgens ging hij op zoek naar het kasteel van de opperbevelhebber van het Griekse leger, koning Agamemnon – en vond dat ook, in 1874. Mycene dus. Dat wil zeggen, hij vond graven boordevol beelden en gouden sieraden die duidelijk getuigden van een rijke en ontwikkelde cultuur. Onder andere trof hij een gouden dodenmasker en dus riep hij opgetogen: ‘Ik heb het gezicht van Agamemnon gezien!‘
Dat was echter te mooi om waar te zijn, want later onderzoek heeft aangetoond dat het graf drie eeuwen ouder is dan die hele Trojaanse oorlog. Maar Schliemann komt de eer toe de Myceense cultuur te hebben ontdekt, een pre-Griekse beschaving met levendige handel, een eigen schrift (het zogeheten linear B) en een hoog ontwikkelde kunstnijverheid. Ook namens ons chapeau voor Schliemann en zijn collega-archeologen die zulke historische ruïnes weten te vinden, wij persoonlijk hebben de laatste dagen zelfs moeite ruïnes te vinden die al lang ontdekt zijn...
Tot er een merkwaardig figuur de geschiedenisboekjes binnenwandelde: Heinrich Schliemann, een steenrijke zakenman uit Duitsland die na z’n 50 ste archeoloog werd en ervan overtuigd was dat de Trojaanse oorlog écht had plaatsgevonden. Op basis van aanwijzingen uit de ‘Ilias’ en de ‘Odyssee’ en lokale vertellingen ging hij eerst op zoek naar Troje – en vond dat inderdaad, niet ver van Istanbul vandaan. En vervolgens ging hij op zoek naar het kasteel van de opperbevelhebber van het Griekse leger, koning Agamemnon – en vond dat ook, in 1874. Mycene dus. Dat wil zeggen, hij vond graven boordevol beelden en gouden sieraden die duidelijk getuigden van een rijke en ontwikkelde cultuur. Onder andere trof hij een gouden dodenmasker en dus riep hij opgetogen: ‘Ik heb het gezicht van Agamemnon gezien!‘
Dat was echter te mooi om waar te zijn, want later onderzoek heeft aangetoond dat het graf drie eeuwen ouder is dan die hele Trojaanse oorlog. Maar Schliemann komt de eer toe de Myceense cultuur te hebben ontdekt, een pre-Griekse beschaving met levendige handel, een eigen schrift (het zogeheten linear B) en een hoog ontwikkelde kunstnijverheid. Ook namens ons chapeau voor Schliemann en zijn collega-archeologen die zulke historische ruïnes weten te vinden, wij persoonlijk hebben de laatste dagen zelfs moeite ruïnes te vinden die al lang ontdekt zijn...
Mycene |
Veel plezier wensen we jullie: 't klinkt goed! Geniet ervan. groetjes van Emmi en Marcel
BeantwoordenVerwijderenZiet er weer allemaal goed uit zeg! En wat een heerlijk weertje. Hier zijn de temperaturen gelukkig wel weer wat aangenamer maar is het nog een grijze bedoeling. Ga maar lekker door met genieten en vakantie vieren!
BeantwoordenVerwijderenGroetjes, Merel & Co.