Kyoto is dè culturele bezienswaardigheid van Japan. Meer dan duizend jaar was dit de hoofdstad van het land, tot keizer Mehji in 1869 besloot het keizerlijke hof naar Edo aan de kust te verhuizen dat vanaf toen Tokyo werd genoemd, ‘oostelijke hoofdstad’. Kyoto had het nakijken. Zit je dan met al je tempels, paleizen en tuinen…
Die culturele nalatenschap danken we mede aan het feit dat Kyoto de enige grote Japanse stad is die in de Tweede Wereldoorlog niet is platgebombardeerd door de Amerikanen. Bijna hadden ze er een atoombom op gegooid - de stad stond op een shortlist van vier steden - maar de Amerikaanse minister van defensie, die uiteindelijk de doelen bepaalde, schrapte Kyoto van de lijst, naar verluidt omdat hij er fijne herinneringen aan bewaarde van zijn huwelijksreis. Meer schade hebben de Japanners zelf aangebracht door direct na de oorlog van alles plat te gooien en lukraak te moderniseren. Maar er is nog genoeg te zien, veel meer dan wij in een dagje aankunnen.
Geluk
wil (of de meesterhand van hotelboeker C.C. Cools) dat ons appartementje, weer zo’n bonsai-kamer met heel weinig ruimte maar
wel heel veel kunstlicht, zich midden in de tempelwijk bevindt, praktisch naast de iconische
Kiyomizu-dera-tempel. Als wij ‘s avonds door de wijk wandelen om een
restaurantje te zoeken pikken als vanzelf al een paar tempels mee die nog laat
open zijn.
Ook komen we door het Gion-district, het traditionele uitgaansgebied, een cluster straatjes met mooie houten panden waarin net als vroeger nog steeds veel theehuizen en theatertjes zijn gevestigd - en geishaclubs. Geisha’s (letterlijk ‘kunstbeoefenaars’) zijn gezelschapsdames van niveau; ze hebben jarenlang training gehad in kunst en etiquette en kunnen zingen, dansen en muziek maken. Een paar duizend zijn er nog van in Kyoto en als je geluk hebt kun je ze ‘s avonds langs zien schieten door de schemerige laantjes in hun opvallende kimono. Hoewel opvallend? Kans is groter dat het een verklede toerist is, want ook in Kyoto is het populair een kimono te huren en leuke plaatjes te schieten voor een tempel. Het wemelt hier van de kimonowinkels.
Plus het wemelt van de toeristen, Kyoto is erg toeristisch. En erg heet. Wat heet! Dat Japan in de zomer warm zou zijn - het ligt op dezelfde breedtegraad als Spanje, het nieuwe Noord-Afrika - hadden we wel verwacht, maar het land blijkt te zuchten onder de zoveelste hittegolf van de laatste paar jaren: de dag dat wij arriveren in Kyoto is het 40 graden en dat is een record. Weer om je met een fris Sapporo-biertje in de airco terug te trekken. En beslist gèèn weer om buiten op straat te lopen… laat staan een wandeling van 4 kilometer heuvelop te maken. Toch is dat precies wat we doen volgende dag.
Die heuvel, Inari geheten, is namelijk uniek. Aan de voet ligt een groot tempelcomplex, Fushimi Inari -Taisha, en vandaaruit zigzagt een pad omhoog waarbij je onder liefst 10.000 traditionele houten poorten doorloopt (torii) – feitelijk loop je door een tunnel van die poorten. Tori markeren de overgang van de gewone wereld naar de heilige wereld.
Onderweg overal kleine tempeltjes en altaren en stenen beeldjes van vossen, attribuut van de Inari-god die op deze heuvel huist en binnen het Shinto-geloof geldt als de geest van de rijst en daarmee ook vruchtbaarheid en voorspoed. Het is steil, het is warm, het is gekkenwerk, maar het is absoluut de moeite waard.
Later op de dag, wanneer we in onze koele kamer een beetje zijn bijgetrokken, bezoeken Christel en ik nog die Kiyomuze-dera-tempel bij ons om de hoek, die onder andere bekend staat om zijn grote houten platform vanwaar je mooi uitzicht hebt over Kyoto. Alle tempels hier zijn hele complexen van bij- en subtempels en allemaal zijn ze keurig onderhouden en vlekkeloos oranje geschilderd (vermiljoen heet de kleur officieel). Imposant, maar de mystiek ontbreekt een beetje, ook al omdat ze zo vreselijk druk bezocht worden.
‘s Avonds willen we weer naar een lopende-band-sushi-restaurant, maar de eerste is populair en heel erg druk en de tweede blijkt onvindbaar in het immense, hypermoderne Kyoto Station, dus we houden het bij een ‘gewoon’ sushirestaurant waar we eerst drie kwartier buiten op stoeltjes moeten wachten voor er plek is.
De
volgende dag is het woensdag. We zijn tweeëneenhalve week onderweg - het lijkt
veel en veel langer – en over de helft inmiddels. En toch wacht ons nog veel
meer. Dus de bagage gaat weer op de rug en bepakt en bezakt verlaten we Kimono
City. Next stop: Hiroshima. Gezellig.
29 – 31 juli 2024
Geen opmerkingen:
Een reactie posten