Wolmirsleben - Rädigke

Donderdag 11 augustus
Dag 6, 113 kilometer

Hetzelfde verhaal als gisteren: met de wind in de rug flink in de beugels, om de volgende camping te halen. Enige complicatie is dat m’n ene landkaart ophoudt en de andere pas 30 kilometer verder weer begint. Onbegrijpelijk dat dit me overkomt, want ik heb toch zorgvuldig kaarten uitgezocht in de beste kaartenwinkel die ik ken, Pied A Terre aan de Overtoom in Amsterdam. En de zon zit achter de wolken, m’n kompas is niet gecallibreerd, kortom het moet op gevoel. Dat laat ons echter niet in de steek, want zonder veel omwegen bereiken we kaart nummer twee.


Bij Schönebeck steken we de Elbe over. Het landschap begint te veranderen, we fietsen nu veel door bossen, overwegend bestaande uit de grove den, lange dennenbomen met lichtbruine stammen. Omdat het wegennet beperkt is moeten we hoofdwegen nemen, maar die zijn gelukkig opvallend rustig. De tocht verloopt voorspoedig en gaandeweg de middag krijgen we ook steeds meer zon. We lunchen ergens in een mooie kasteeltuin.

De laatste kilometers voeren door prachtig verstild bosgebied. Als we na zessen de camping oprijden is het heerlijk weer geworden en beleven we voor het eerst een zomeravond zoals je je die voorstelt bij vakantie: lekker luieren in de hangmat, wijn onder handbereik. We drinken Mateus, een mousserende róse in een buikig flesje uit Portugal, die goed past bij de weldadige zomerse gevoelens die we plotseling koesteren. De camping is een lieflijk klein veldje tussen de dennen, dat we delen met een paar caravans en een enkele fietser. Eentje is vandaag uit Berlijn gekomen en zegt tussen verbrande neus en lippen door dat het 120 kilometer was. We schrikken ervan: we dachten morgen een makkelijke laatste dag te hebben, hooguit 60 kilometer. Als pleister op de wonde geeft hij ons z’n stadsplattegrond van Berlijn.