Naar Afrika

Oktober 2009

Afrika. Het moest er een keer van komen. Op een bepaalde manier ben ik altijd bang geweest voor dat continent.

Te veel, te vaak slecht nieuws gehoord: honger, droogte, dictators, geweld, chaos. In mijn jeugd las ik in Readers Digest een verhaal over Idi Amin, ‘de slachter van Oeganda’, en die gruwelgeschiedenis heeft mijn beeld van Afrika fundamenteel bepaald. Dat mijn vader er jarenlang werkte maakte voor mij geen verschil. Weliswaar kwam hij thuis met stapels Afrikaanse muziek, maar ook met verhalen over staatsgrepen, lijken in de haven, autobandexecuties. Wat een zootje, dat Afrika. Levensgevaarlijk. Uit de buurt blijven.


Christel kende diezelfde aarzeling.  Niettemin voelde zij zich wel aangetrokken tot ‘de’ Afrikaanse cultuur: de muziek, de kleuren, de vrolijkheid, die hele uitbundige levenslust die Afrikanen, ondanks alles, leken uit te stralen. Én de natuur sprak haar aan, het iconische beeld van giraffes galopperend over de savanne in een gloedvol ondergaand zonnetje. Dus toen na een paar jaar reizen de continenten een beetje ‘op’ raakten drong Afrika zich toch op de voorgrond. Eerst overwogen we naar Madagaskar te gaan. Dat leek ons een fascinerend land. Is het ook vast wel, maar ja…niet echt Afrika. Geen leeuw of olifant te zien daar. Kenia en Tanzania, dát waren de safarilanden. En veilig, voor Afrikaanse begrippen. Uiteindelijk kozen we daarom voor Tanzania. 

Vanuit Nederland legden we viavia contact met een reisbureautje in Tanzania, Flash Safari’s. Het werd gerund door een Nederlandse vrouw die ooit was blijven hangen aan een Afrikaanse gids. Met veel heen en weer mailen stelden we een programma samen. Oorspronkelijk hadden we gedacht de Kilimanjaro te beklimmen, maar toen we lazen over de toeristische drukte op die berg zagen we ervan af. In plaats daarvan viel ons oog op Mount Meru, bijna even hoog en liggend naast de Kilimanjaro. Alleen…naar bleek moesten dan verplicht mee: een gids, een ranger met geweer, een kok, een assistent-kok en zes dragers. Tien man dus…dat was geen trekking meer, maar een expeditie. Ook daar hadden we geen zin in. Uiteindelijk hebben we daarom gekozen voor een uitgebreide safari met een paar wandelingen.

En zo vertrokken we dus naar Afrika. Met KLM vlogen we naar Dar Es Salaam. We vonden het spannend, net zoals toen we voor het eerst naar Azië gingen of naar Zuid-Amerika: een nieuw continent, een onbekende wereld. Wat zouden we aantreffen? Hoe waren de mensen? Kon je makkelijk zelf reizen? En Idi Amin…was die echt wel dood?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten