Tara

25 – 27 juli 2023

De weg naar het zuiden is zoals alle wegen in dit land: smal, slingerend en schilderachtig. Voortdurend volg je bergstromen die diepe kloven hebben uitgesleten in het beboste gebergte. In heel Bosnië zul je maar één snelweg vinden.

Het land oogt leeg en ongerept. Hoewel het een kwart groter is dan Nederland wonen er slechts 3,5 miljoen mensen dus de bevolkingsdichtheid is…eh…dun. Wanneer we onderweg opmerken dat we echt ‘in the middle of nowhere’ zijn, vindt Wende dat nog te zwakjes uitgedrukt – heel Bosnië is volgens haar simpelweg ‘nowhere’. En het zuidoostelijke deel richting Montenegro oogt helemaal verlaten. Hier bevindt zich het Sutjeska National Park, een berggebied met de hoogste piek van Bosnië (de Maglic, 2386 meter), de wildste rivier (de Tara) en een van de laatste oerbossen van Europa, waar beren en gemzen leven. 

Enige plaats van betekenis is Foca, dat we na twee uurtjes bereiken. We doen er boodschappen en rijden door naar een camping in de buurt waar we weer, zoals overal in het land, allerhartelijkst worden ontvangen. Plek mogen we zelf kiezen en we gaan natuurlijk pal aan de rivier staan, de Drina in dit geval die traag en breed voorbij stroomt. ‘Loom’ zou ik bijna zeggen ware het niet dat dat woord een associatie van warm en weldadig oproept terwijl deze rivier ijskoud blijkt, zodat Wende en ik, die echt wel iets zijn gewend, niet weten hoe snel we weer terug op de oever moeten klimmen als we nietsvermoedend een duik nemen. Dat wordt geen zwemmen hier.

Raften dan maar weer, op de Tara. De camping biedt tochten aan. De volgende ochtend vroeg worden we samen met een Oostenrijks stel en een Vlaams stel een heel eind de bergen ingereden, tot over de grens met Montenegro, die hier bestaat uit een simpele houten brug over de Tara. Die rivier vormt grotendeels de grens tussen Bosnië en Montenegro. Samen met gids Iwan tillen we de boot van het busje en dragen hem naar het water. We trekken wetsuit en reddingsvest aan plus een regenjasje, krijgen een paar instructies en hop, daar gaan we weer.

Maar dit is duidelijk geen Vrbas! De Tara is een van de wildste rivieren van Europa: dit stuk telt 21 stroomversnellingen die in het voorjaar, als het water op zijn hoogst is, tot klasse 4 horen (op een schaal tot 6). Geen wonder dat hier wel eens de wereldkampioenschappen rafting hebben plaatsgevonden. Nu schat Iwan het niveau op 2+, meer dan genoeg om ons een paar enerverende uurtjes te bezorgen. Regelmatig duik je een soort afgrond in het water in en plonst het ijskoude water over je heen. Mooiste is dat we de rivier helemaal voor onszelf hebben en kunnen genieten van de spectaculaire omgeving. Want we schieten door een canyon van 1300 meter diepte, de diepste canyon van Europa en zelfs top tien van de wereld. Het is nauwelijks te geloven dat het geciviliseerde Europa nog zo’n woest stuk natuur bezit, maar hier, in het hart van de Balkan, vind je het. Een fantastische ervaring. 


De tocht eindigt bij de grensbrug met Montenegro. Daar kleden we ons weer om en worden teruggereden naar de camping waar een late lunch wacht. We eten met z’n allen en spelen aansluitend een potje hartenjagen, dat Wende toevallig net had geleerd vlak voor vertrek. Ondertussen maken we grappen over de verschillen tussen Belgen en Nederlanders en zo wordt het, kortom, een gezellige middag. ’s Avonds regent het stevig. Daarom trekken we ons terug in de camper. Op mijn laptop blijkt nog de complete, driedelige ‘Hobbit’-reeks te staan en we beginnen aan het eerste deel. Zo komen we de avonden voorlopig wel door.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten