Nijl

December 1999
 
We gingen varen. ’s Nachts stak de boot ongemerkt van wal, ’s ochtends zag ik Egypte voorbij drijven. Van Luxor, eigenlijk Esna, voeren we in twee dagen naar Aswan, zo’n 150 kilometer naar het zuiden. 

Dat is stroomópwaarts: de Nijl, samen met de Amazone de langste rivier ter wereld, stroomt van z’n twee bronnen in Ethiopië en het Victoriameer (tussen Kenia, Oeganda en Tanzania) zo’n 6500 kilometer door Soedan en Egypte om via een kolossale delta –groen, moerassig, vogelrijk– tenslotte uit te monden in de Middellandse Zee. Als men dus spreekt van Boven-Egypte bedoelt men het zuiden; het noorden, Caïro en de delta, noemt men Beneden-Egypte.




De Nijl is de levensader van Egypte en van de Egyptische geschiedenis – zonder Nijl was het land een anonieme zandbak gebleven. Totale oppervlakte van Egypte is een miljoen vierkante kilometer (25 x Nederland) en daarvan is 95% woestijn. De Nijl en z’n stroomgebied beslaan de overige 5%...maar in die 5% woont 95% van de Egyptische bevolking, die tegenwoordig 86 miljoen mensen telt. In oude tijden was dit niet anders. De Egyptenaren woonden langs de Nijl, en langs de Nijl bouwden ze hun huizen, tempels, piramides.


Tempel van Kom Ombo

Karakteristieke aan de Nijl was dat de rivier ieder jaar, in de zomerperiode, overstroomde en dan een dikke laag vruchtbaar slib neerlegde op de akkers, gratis en voor niets. Zodra het water weer zakte begonnen boeren in te zaaien –tarwe, gerst, vlas– om vier maanden later een rijke oogst binnen te halen. Zo ging het jaar na jaar, millennium na millennium. Vier maanden zaaien, vier maanden oogsten, vier maanden ‘vakantie’ als het land weer blank stond. Hoewel, vakantie…in die periode werden duizenden boeren met niets om handen geronseld om te bouwen aan de piramides.

Aan dit natuurlijke proces van irrigatie, en de bijhorende landbouwopbrengst waarvan zelfs een surplus geëxporteerd kon worden, dankt Egypte dus haar grote beschaving en haar grote monumenten. Er was voldoende te eten voor de bevolking, genoeg om grote groepen mensen vrij te stellen van landarbeid: priesters om tempelcomplexen te bedienen, schrijvers om papyrusrollen vol te krabbelen, arbeiders om piramides te bouwen. Achter historische bouwwerken gaan altijd goed georganiseerde, welvarende samenlevingen schuil, zij het dat de welvaart –net zoals in onze tijd– ongelijk verdeeld is.

Ik schrijf: het karakteristieke was. Door de bouw van een dam bij Aswan stroomt de Nijl niet meer over. De eerste dam dateert al uit 1902, maar in 1970 is er een veel grotere gebouwd. Deze voorkomt overstromingsrampen, die vroeger regelmatig óók voorkwamen, maar veroorzaakt tevens allerlei ecologische problemen waarvan de verslibbing en verzilting van de delta boven Caïro, dé groentetuin van het land, de meest zorgwekkende is.


Horus, de valk-god

Over deze historische rivier dreef ik nu zuidwaarts, Afrika binnen. Het woord ‘nijlcruise’ was de vonk geweest die deze reis had doen ontbranden, en met die cruise over de Nijl was ik op dit moment bezig. Ik vond het geweldig. Uren en uren stond ik tegen de reling geleund en zag de oevers voorbij trekken. Palmbomen, lemen huizen, mensen langs het water, kamelen, voort hobbelende fietsers. Daarachter een landschap van droge stenen heuvels dat nooit leek te veranderen. Het voelde vreselijk exotisch en tegelijkertijd ook heel veilig, zo vanaf het water. Ik zwaaide naar jongetjes op de kant, naar vissers in kleine houten zeilbootjes (felucca’s genaamd) en naar andere toeristen op passerende cruiseboten.


Tempel van Edfu

Tweemaal stopten we op een tempel te bezoeken. Eerst in Edfu, waar we met caleches, paardenkarren, naar de tempel werden gebracht. En later nog bij Kom Ombo, een van de weinige tempels die direct aan de Nijl ligt zodat je vanaf de boot rechtstreeks de tempel binnenloopt. Prima wat mij betreft. Ik vond het heerlijk ontspannen op de Nijl, drijvend in het spoor van het historische Egypte, en hoefde niet zo nodig die beangstigende, chaotische realiteit te betreden van het Egypte van vlees en bloed.




Voorproefjes daarvan had ik al mogen hebben. Een kamelentour, bijvoorbeeld, waarbij ik met de knaap die mijn kameel vasthield in een vreselijke discussie verzeild raakte over mijn fooi, die hij veel te laag vond; of een wandeling in m’n eentje langs de kade van Edfu die ermee eindigde dat ik een souvenirtentje werd binnengetrokken en gefrustreerde sexpraatjes moest aanhoren over Westerlingen die impotent waren terwijl Egyptische jongens… Vreemd en verwarrend vond ik het allemaal. Dan liever op een vier sterren cruiseboot.

Maar aan alles komt een eind, en wat een Nijlcruise betreft komt dat einde in de vorm van een betonnen damwand van 111 meter hoog. Aswan. Uitstappen allemaal.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten