Bhaktapur

Bhaktapur is een wonderschoon oud stadje, ongeveer een uur met de taxi vanuit Bodhanath. Het is een World Heritage Site van Unesco: dat betekent dat er een groot hek omheen staat en je entree moet betalen, alsof je een museum betreedt.

Maar...je betréédt ook een museum, een openlucht tentoonstelling van tempels, beelden, ramen van houtsnijwerk, alles verspreid over talloze pleintjes en straatjes die baden in hetzelfde stoffige, gouden Himalayalicht en waar het –mede dankzij die toegangspoort– heerlijk rustig is. De enige drukke plek is het pottenbakkersplein waar de bakkers hun potten voor je uitstallen.

Durbar Square in Bhaktapur


Een uurtje of wat dwaalden we rond in deze omfloerste sprookjeswereld, in het kielzog van zo’n irritant plaatselijk jongetje dat zich als gids had opgedrongen. Je vond die lui overal, op elke plek waar toeristen kwamen en wat te verdienen viel. Dit was ook weer zo’n gastje. Yadu zei hij te heten. Wat we toen nog niet beseften, was dat dít gastje een duurzame plek in ons leven zou krijgen, zoals hij op zijn beurt onmogelijk kon voorzien hoe zijn leven zou veranderen door deze toevallige ontmoeting op zaterdag 6 november 2004. Dát verhaal volgt straks.





Aan het eind van de middag bracht de taxichauffeur ons niet terug naar Bodhanath, maar reed hij een uurtje verder, naar Nagarkot. Al die tijd had hij dus liggen slapen in z’n taxi. Ik herinner me dat ik dat destijds een beetje vreemd vond en me zelfs afvroeg of het niet schandalig was dat wij die arme man zoiets aandeden; inmiddels, een beetje wereldwijzer geworen, heb ik geleerd dat mensen in ontwikkelingslanden de gekste dingen doen voor geld, inclusief slapen en wakker worden wanneer het jou, de toerist, uitkomt. Op een bepaalde idealistisch-socialistische manier is dat misschien niet hoe het zou moeten zijn in de wereld, maar het wordt zeker niet als vreemd of schandalig ervaren.

Nagarkot is bekend als Himalaya-uitzichtpunt. We zochten een hotel op met een schitterend uitzicht, dineerden bij haardvuur en gingen vroeg onder de wol, want al zaten we slechts op 2200 meter, het was onze eerste kennismaking met snijdende Himalaya-kou in combinatie met een onverwarmde slaapkamer. De volgende ochtend teringvroeg op en in het donker naar een uitkijktoren gelopen waar een klein clubje verkleumde Westerlingen zich verzamelde voor de zonsopgang. De Mount Everest was te zien vanaf hier. Dat wil zeggen, het was het puntje ter grootte van een puntje dat als eerste opgloeide in de zon. Ik geloof dat we het zagen. Het smaakte vooral naar meer. Meer Everest, niet speciaal meer zonsopgangen, hoewel we die helaas nog herhaaldelijk voor onze kiezen zouden krijgen.





Tegen twaalven leverde de taxichauffeur ons weer af bij de stupa. Het echte werk kon beginnen, wat ons betrof. De bergen in. En daarvoor moesten we naar de zwager van Karma die een trekkingbureautje had en, als het goed was, gisteravond was teruggekomen van de Mount Everest.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten