Rishikesh

22 oktober 2006

Gisterochtend in Rishikesh aangekomen. Eerst de nachtbus naar Dehra Dun, elf uur hobbelen over smalle en onverlichte wegen, vol tegenliggers die hun koplampen alleen aandoen als ze denken dat er iets aankomt. Daarna nog een uur met een taxi die we deelden met een Israëlisch stel en een Pools meisje.

Mooie ouderwetse wagen, van het soort dat vroeger in duizendvoud door London als taxi reed. Om zes uur 's ochtends zijn we er. Er... 'Er' wil zeggen een rommelig pleintje, pikdonker, bevolkt door schimmige figuren die meteen naar je beginnen te roepen. Zijn we in Rishikesh? Zijn we in...waar zijn we in godsnaam?! Gelukkig weten we snel de brug over de Ganges te vinden en de wijk aan de overkant (Laxman Jhula) die ons aangeraden was. Rolluiken links, rolluiken rechts, alles is nog gesloten; alleen een chai-shop is open, zo'n simpel cafeetje met een gasstel als keuken en een paar planken om te zitten. Een kopje thee dan maar. Voor een hotel is het toch nog veel te vroeg.
  Maar... 
Een van de wijze lessen van ons orakel uit Delhi, Heiko, luidde: India always takes care of you. India zorgt wel voor je. Taxi nodig? Kijk over je schouder, op raadselachtige wijze staan er drie achter je te wachten. Gids nodig, drager, roepies, hasj? De beleefde ober kan het regelen, of anders z'n broer of z'n neef. Ditmaal reikte India de helpende hand in de vorm van een zenuwachtige man met een droevig gezicht. Need hotel? This one good, come! Hij ging een portaal tegenover de chai-shop binnen en bonsde luid op de deur, waarop een oude vrouw met een slaperig en zwaar ontstemd gezicht opendeed en hem een sleutel overhandigde, die toegang bleek te geven tot een kamer ergens onderin het huis. Bepaald geen luxe suite, maar voldoende om even te 'crashen' (zoals de Israëli's het noemden) en trouwens, voor 4 euro doe je niet moelijk.


Toen we een paar uur later wakker werden, bleken we ons te bevinden in Aggarwal House, een familiepension aan de oever van de Ganges. 's Middags gingen we eens informeren of er betere kamers waren, boven. Die waren er. We werden meegetroond naar de huiskamer en toen een trap op, naar een terras met uitzicht over de rivier. De kamer lag aan dit terras; eigenlijk moet ik zeggen de kamers, want wat ons getoond werd was een soort appartementje met twee slaapkamers, badkamer en eigen ingang aan de straatzijde. We wisten niet wat we zagen. Ieder een eigen kamer...wow! Snel hebben we onze bagage omhoog gesleept en ons hier geïnstalleerd. India heeft goed voor ons gezorgd!



Later hebben we de omgeving verkend. Rishikesh ligt aan de voet van de bergen, op zo'n driehonderd meter hoogte. De stad bestaat eigenlijk uit twee stroken bebouwing langs de Ganges, een drukke westoever en een rustige oostoever die door middel van twee spectaculaire voetgangersbruggen met elkaar zijn verbonden. Het is erg toeristisch: je ziet weer het gebruikelijke zootje van eettentjes, souvenirsshops en internetcafé's, en verder worden er ontelbare cursussen yoga aangebonden, want Rishikesj staat bekend als een yogacentrum. Er zijn vele ashrams gevestigd, meer of minder strenge gemeenschappen waar je kunt wonen en yoga of meditatie beoefenen, of helemaal niets kunt doen. Ook de ashram van Maharishi Mahesh Yogi (de grondlegger van transcendentale meditatie) is hier gevestigd, de plek waar de Beatles in 1968 een paar maanden verbleven - uitgezonderd Ringo die na twee weken vertrok, hij hield niet van vegetarisch eten... De Maharishi zelf is vertrokken na problemen met de Indiase regering en verblijft nu in...Nederland.



Gisteren is Dewali losgebarsten. Vuurwerk, heel veel vuurwerk. Leuke vuurpijlen en siervuurwerk, maar ook gigantische strijkers die zo verschrikkelijk hard exploderen dat het lijkt alsof de stad onder artillerievuur ligt. Halverwege de avond hingen de kleine straatjes vol kruitdamp. Wim voelde zich net een oorlogscorrespondent toen hij wat foto's wilde maken. Wat je verder van het feest merkt: alle huizen en straten zijn versierd met gekleurde lampjes, iedereen roept de hele tijd 'Happy Dewali!' (Come into my shop, sir!) en jongens en meisjes lopen mooi opgedoft rond. En vanochtend, terwijl ik in Paradise Restaurant op m'n ontbijt wachtte, kreeg ik een glazuursmeltend stuk noga voorgeschoteld dat ik zoetjes heb opgezogen. Happy Dewali!



En dan het hoofdstuk Toevallige Ontmoetingen. Nog even voor de duidelijkheid: India is ruim drie miljoen vierkante kilometer groot (100x Nederland) en er wonen 1,1 miljard mensen (70x Nederland). Okee. Hebben we dat? Goed. Gisteravond gaan we eten in Krishna Café, een ruimte zo groot als een gemiddeld schuurtje, de muren opgetrokken uit klei en riet en van boven tot onder behangen met wandkleden. Kitscherige lampjes aan het plafond, die Wim meteen wilde meenemen voor z'n eigen kitschpaleis thuis. We zaten op kussens op de grond, aan enkelhoge tafeltjes. Relaxte lounge-muziek erbij. Speciale attractie van Shiva Café -volgens de postertjes- is de discjockey, Sleemy, die tevens voor 150 roepees muziek op cd voor je brandt. Daar heb je Sleemy al. Schok! Die man... Die man... Die man zat naast ons, in Delhi, in dat zaakje aan Main Bazaar! Niet te missen: die neus, dat jasje, dat algehele voorkomen van een jarenzestighippiedienooitmeerisweggekomenuit India (nog meegekomen met de Beatles, denkt Wim). Nauwelijks zijn we bekomen van deze daverende verrassing of we raken in gesprek met de ober, aardige jongen, blijkt uit Nepal te komen, o ja waar vandaan? echt waar, ben ik geweest! ken je die en die? yes, good friend of mine! Ongelooflijk. That's India, zeggen we dan.



Gelukkig, de zon schijnt weer. Vannacht en vanochtend heeft het behoorlijk geregend. Laten we maar eens wat gaan doen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten