Siem Reap

Siem Reap is de plaats waar iedereen verblijft die Angkor bezoekt. Wij blijven er nog een dagje, om te relaxen en wat zaken te regelen voor de Thaise uitsmijter van onze reis, die bijna begint. En om naar het circus te gaan.

‘Phare, the Cambodian Circus’ heet het en het is een waanzinnige ervaring. Alleen al de entourage: een echte circustent, van buiten feeëriek verlicht, aan de rand van de stad. Tuctuc’s rijden af en aan op de kleine parkeerplaats. Lieve jongens en meisjes leidden je naar de tent, waar om acht uur de show start. Spectaculair! Een soort Cirque du Soleil, maar dan in het klein: acrobatiek en dans op de vierkante meter, begeleid door een orkest van drie dat flink wat geluid weet te maken. Ongelooflijke stunts met palen, touwen, valschermen, hoepels. Thema van de show (‘Same Same but Different’ geheten) is het contact schuine streep contrast tussen Cambodjanen en toeristen, dat met veel humor wordt uitgebeeld. 

 
Bijzondere van het circus is dat alle performers straatkinderen waren die opgeleid zijn op Phare’s eigen school of the arts in het naburige Battambang. Die school bestaat sinds 1994 en is opgericht door een negental survivors van de Rode Khmer. (Maar ja, zijn niet alle Cambodjanen dat?) Ieder jaar nemen ze vele kinderen onder hun hoede –fantastisch initiatief, en geen overbodige luxe in een land dat regelmatig het nieuws haalt vanwege de gruwelijke dingen die hier met kinderen gebeuren. Er bestaat hier een speciaal alarmnummer dat je kunt bellen als je een kind alleen ziet lopen. Misschien overdreven, maar wij hielden Wende ook nauwlettender dan anders in de gaten in de speeltuin van Phnom Penh.

  

Siem Reap is verder niet heel bijzonder. Een centrum met een modderig kanaaltje en twee houten bruggen, veel souvenirwinkeltjes en vooral veel tuctuc-chauffeurs die hengelen naar een ritje. Langs de brede uitvalswegen zitten talloze hotels, de een nog protseriger dan de ander. Wat dat betreft is het snel gegaan hier – toerisme is geëxplodeerd, van nul komma nul één procent tijdens de Rode Khmer (die 0,01% betrof drie historische pechvogels uit Australië wiens zeilboot te dicht bij de kust kwam en die naar Tuol Sleng zijn afgevoerd) tot een paar duizend bezoekers in 1994, een paar hónderdduizend in 2001 en twee miljoen per jaar anno nu. Christel kan ervan getuigen. Zij bezocht Cambodja met een groepsreis in 2001 en herkent bijna niets meer van toen. Ze herinnert zich ongeasfalteerde wegen, nauwelijks verkeer, geen souvenirstalletjes… Was Angkor Wat eigenlijk al gebouwd? Ja, dat wel.

 
Ons hotelletje zit in een achterafstraatje en wordt gerund door twee Japanners. (Om een of andere reden zie je veel Japanners hier.) Vlakbij is een kleine kapsalon en daar laten we Wende knippen. Haar blonde haar is flink gegroeid en bovendien droog en klitterig geworden door alle zon, zee en zwembad. De kapster, die geen Engels spreekt, durft er echter nauwelijks iets af te halen, ook niet na een paar keer aanwijzen, dus uiteindelijk heeft Wende voor twee dollar vooral een uitstekende kambeurt gekregen.

 
Etenstijd. Nationale gerecht heet amok en is een pittige curry met groente en kokos, uiteraard geserveerd met rijst. Voor toeristen kan er vlees in, maar traditioneel wordt er vis in gedaan. Zoetwatervis – want niet ver van Siem Reap bevindt zich een enorm meer, Tonle Sap, dat in de regentijd tien keer zoveel sap heeft als in de droge tijd en dan het grootste meer van Zuidoost-Azië vormt, formaat België. Voor de rest is ook in Cambodja de noedelsoep met een hoop verse kruiden weer populair.

Grappig in restaurantjes is dat de bestelling haast altijd uit het hoofd wordt opgenomen, dus zonder iets op te schrijven. Gaat dat wel goed? denk je nog in het begin. Eén meloensap, maar zonder suiker, heeft u ook frietjes? okee een bordje friet dan, één amok met kip, twee flesjes Angkor, doe maar een gegrilde vis, en nog wat loempiaatjes, of wacht een ananassap in plaats van meloensap, maar wel zonder suiker graag…ja, heeft u dat? Maar het gaat altijd goed, en toen we een keer een jongen onze bestelling zagen opschrijven begrepen we meteen ook waarom je dit beter niet kunt doen…het Cambodjaanse schrift is onmogelijk. Het woord ‘cola’ kost een half blaadje priegelen, laat staan ‘ananassap zonder ijs en zonder suiker graag’.

Enfin, veel te snel komt er een eind aan ons verblijf in Cambodja. Vanaf de luchthaven in Siem Reap, gebouwd in 2006 en alweer te klein, er komt een  nieuwe, vliegen we naar Bangkok. Sawadee Thailand!

 4 - 7 december

Geen opmerkingen:

Een reactie posten